Ik zweer u bent een legend ik begrijp mn hele hoofdtsuk door de eerste 4 videos te kijken en mn nask juf doet er een maand over en snapte het toen nog steeds niet ga zo door
Als ik de laatste opdracht oplos door te rekenen in Watt/uur. Dus 3,7*1,3 = 4,81Wh. 4,81/0,5 = 9,62 = 9,6 uur. Zou ik hierdoor dan punten mislopen als dit een eindexamen opdracht was?
Je moet duidelijk laten zien hoe je aan je antwoord komt en welke natuurkunde je gebruikt. Je laat zien dat I x U = P en je weet hoe je de tijd moet wegdelen, dus ik zou je volledige punten geven
Hoe bereken ik de mAH met meerdere batterijen. mag ik deze gewoon optellen zoals de voltage of ligt dat anders deze berekening? ik zoek zelf mijn batterijen van mijn e-bike te vervangen en te soleren. ps leuke lessen heb al heel wat opgestoken.
Fijn dat ik heb kunnen helpen en goeie vraag. Het hangt er vanaf hoe je ze schakelt. Stel je hebt een apparaat dat 400 mA gebruikt en je schakelt 2 batterijen parallel. Dan zal de stroomsterkte splitsen en iedere helft door 1 batterij gaan. Iedere batterij heeft dat een stroomsterkte van 200 mA. Stel je hebt een apparaat dat 400 mA gebruikt en je schakelt 2 batterijen in serie. Dan zal de stroomsterkte niet splitsen en iedere batterij krijgt dan 400 mA.
Ik had eerst berekend hoeveel de batterij een uur lang kon leveren.hieruit kwam uit dat de batterij een uur lang 4,81W kon leveren. 4,81:T(0.5)=9,61uur Is deze berekening ook goed? Bedankt👍
Bij die moeilijke opdracht is het van p=u/i naar i=p/u gegaan maar hoe kan dat want als je de formule p=u/i herbouwt moet je toch i=p x u doen of als ik 2=6/3 gebruik is het weer i=u/p? Dit heeft me verward.
C = I x t Logisch, want als je I = stroomsterkte in miliampere in de C = miliampere-uur wilt berekenen, dan moet je dat x de hoeveelheid uren doen, om het in een bepaald aantal uren te weten. Ik had de moeilijke (6:00) in één keer goed, alleen bij de 6,135 had ik het niet goed afgerond, daardoor was het uiteindelijk antwoord fout, maar ook weer niet loll.
+Sem Vessies Omdat er formules zijn met 4 of meer grootheden een daar kun je geen driehoek van maken. Als een formule 3 grootheden heeft kan het wel gewoon
Hallo Meneer Wietsma, Ik ben op dit moment bezig met een paar oefentoetsen te maken en ik loop vast op een vraag. Helaas heeft de docent alleen 3 min en 16 sec. als antwoord gegeven en niet hoe ik daar op kan komen. Kunt u mij helpen met de vraag 4c? Opgave 4 Een elektrische waterkoker kan in korte tijd water aan de kook brengen. Hij heeft dan ook een flink vermogen. Op het typeplaatje van een bepaalde waterkoker staat: 230 V 12 A a. Bereken het elektrisch vermogen van de waterkoker. b. Bereken de weerstand van deze waterkoker als hij water verwarmt. c. Het verwarmen van 2,5L water kost 0,15kWh aan elektrische energie. Hoe lang duurt het voor het water kookt in seconden.
+Jorinde Bos geen probleem! Je weet dat de waterkoker een vermogen heeft van P=230*12=2760 W = 2,76 kW Ook weer je de elektrisch energie die uiteindelijk nodig is E = 0,15 kWh De tijd berekenen je met de formule E=P*t. Ombouwen krijg je t=E/t=0,15/2,76=0,054348 h Dit is in uur, want je gebruikte kWh. Om naar seconde te gaan doe je maal 60 maal 60 (of maal 3600). 0,054348*3600=196 s. Niet naar minuten omrekenen, want in de vraag wordt om seconde gevraagd.
mijn vraag: De totale capaciteit van de volle batterijen is 1800 mAh. Bereken de tijd die de batterijen bij deze stroomsterkte energie kunnen leveren. (C)1800 = (I) 1.8 x t? t = 1800(C) / 1.8(I) = 1000 antwoord moet zijn 15 uur hoe kom ik daar
+Kenzi Loa Niet helemaal, je weet hoeveel Ampère er geleverd kunnen worden. Alleen als je volt ook weet, weet het energieverbruik (Ampère maal volt is vermogen)
Soms krijg je de capaciteit en de stroomsterkte dan kun je de tijd berekenen. Als je de capaciteit wilt berekenen moet je de tijd en de stroomsterke krijgen en deze maal elkaar doen. Succes! (Of als ik te laat ben, hoop ik dat het goed ging!)
Beste Meneer Wietsma Ik zou mijn vraag hier aan uw stellen ,maar jammer genoeg gaat het niet ! kan je aub uw email doorhier zitten . Misschien beter als ik een foto via E-mail doorsturen Alvast besankt !!!
Dat is jammer! Als je vermogen en spanning hebt, is het inderdaad I = P / U Als je capaciteit en tijd hebt, is het I = C / t Beide kunnen dus en het zijn de gegevens die beslissen welke je moet gebruiken, niet ik.
Ik zweer u bent een legend ik begrijp mn hele hoofdtsuk door de eerste 4 videos te kijken en mn nask juf doet er een maand over en snapte het toen nog steeds niet ga zo door
Wat een held bent u!! door u ga ik een voldoende halen voor m'n toets!
Had je een voldoende neef
Door u snap ik het veel beter, bedankt!
Dank voor de filmpjes, middelbare school was diep weggezakt na 45 jaar, maar nu snap ik het weer. Leuk!
Super! Blij dat ik heb kunnen helpen
lekker bezig hoor wietsma
Deze meneer redt levens!
oma's aan de top menneer wietsema springt er op
Als ik de laatste opdracht oplos door te rekenen in Watt/uur. Dus 3,7*1,3 = 4,81Wh. 4,81/0,5 = 9,62 = 9,6 uur. Zou ik hierdoor dan punten mislopen als dit een eindexamen opdracht was?
Je moet duidelijk laten zien hoe je aan je antwoord komt en welke natuurkunde je gebruikt. Je laat zien dat I x U = P en je weet hoe je de tijd moet wegdelen, dus ik zou je volledige punten geven
@@MeneerWietsma oke. Bedankt!
Capaciteit en heeft als eenheid Farad (F) , micro farad, nano farad, pico farad.
Hoeveelheid elektriciteit Coulomb(C), Ah, mAh enz.
Hoe bereken ik de mAH met meerdere batterijen. mag ik deze gewoon optellen zoals de voltage of ligt dat anders deze berekening?
ik zoek zelf mijn batterijen van mijn e-bike te vervangen en te soleren.
ps leuke lessen heb al heel wat opgestoken.
Fijn dat ik heb kunnen helpen en goeie vraag. Het hangt er vanaf hoe je ze schakelt. Stel je hebt een apparaat dat 400 mA gebruikt en je schakelt 2 batterijen parallel. Dan zal de stroomsterkte splitsen en iedere helft door 1 batterij gaan. Iedere batterij heeft dat een stroomsterkte van 200 mA.
Stel je hebt een apparaat dat 400 mA gebruikt en je schakelt 2 batterijen in serie. Dan zal de stroomsterkte niet splitsen en iedere batterij krijgt dan 400 mA.
Ik had eerst berekend hoeveel de batterij een uur lang kon leveren.hieruit kwam uit dat de batterij een uur lang 4,81W kon leveren.
4,81:T(0.5)=9,61uur
Is deze berekening ook goed?
Bedankt👍
Zeker!
Bij die moeilijke opdracht is het van p=u/i naar i=p/u gegaan maar hoe kan dat want als je de formule p=u/i herbouwt moet je toch i=p x u doen of als ik 2=6/3 gebruik is het weer i=u/p? Dit heeft me verward.
De originele formule is P = U x I. Om de I te berekenen doe je delen door U en krijg je I = P / U
C = I x t
Logisch, want als je I = stroomsterkte in miliampere in de C = miliampere-uur wilt berekenen, dan moet je dat x de hoeveelheid uren doen, om het in een bepaald aantal uren te weten.
Ik had de moeilijke (6:00) in één keer goed, alleen bij de 6,135 had ik het niet goed afgerond, daardoor was het uiteindelijk antwoord fout, maar ook weer niet loll.
Waarom kan je die 3 hiekhoek 3:30 uiteindelijk niet meer gebruiken?
+Sem Vessies Omdat er formules zijn met 4 of meer grootheden een daar kun je geen driehoek van maken. Als een formule 3 grootheden heeft kan het wel gewoon
Hallo Meneer Wietsma,
Ik ben op dit moment bezig met een paar oefentoetsen te maken en ik loop vast op een vraag. Helaas heeft de docent alleen 3 min en 16 sec. als antwoord gegeven en niet hoe ik daar op kan komen.
Kunt u mij helpen met de vraag 4c?
Opgave 4
Een elektrische waterkoker kan in korte tijd water aan de kook brengen. Hij heeft dan ook een flink vermogen. Op het typeplaatje van een bepaalde waterkoker staat:
230 V 12 A
a. Bereken het elektrisch vermogen van de waterkoker.
b. Bereken de weerstand van deze waterkoker als hij water verwarmt.
c. Het verwarmen van 2,5L water kost 0,15kWh aan elektrische energie. Hoe lang duurt het voor het water kookt in seconden.
+Jorinde Bos geen probleem! Je weet dat de waterkoker een vermogen heeft van P=230*12=2760 W = 2,76 kW
Ook weer je de elektrisch energie die uiteindelijk nodig is E = 0,15 kWh
De tijd berekenen je met de formule E=P*t. Ombouwen krijg je t=E/t=0,15/2,76=0,054348 h
Dit is in uur, want je gebruikte kWh. Om naar seconde te gaan doe je maal 60 maal 60 (of maal 3600). 0,054348*3600=196 s.
Niet naar minuten omrekenen, want in de vraag wordt om seconde gevraagd.
Super bedankt voor de fijne uitleg en snelle reactie! Door al u filmpjes ga ik met iets meer moed mijn hertentamen in. Super bedankt!
+Jorinde Bos Succes!
Heel erg bedankt!
mijn vraag:
De totale capaciteit van de volle batterijen is 1800 mAh.
Bereken de tijd die de batterijen bij deze stroomsterkte energie kunnen leveren.
(C)1800 = (I) 1.8 x t?
t = 1800(C) / 1.8(I) = 1000
antwoord moet zijn 15 uur hoe kom ik daar
t = C / I klopt inderdaad
Let op dat de eenheden goed zijn, bv:
h = mAh / mA
werkt u als docent op school?
+DonkysCage Ja, in Wageningen
Is mAh een synoniem voor energieverbruik?
+Kenzi Loa Niet helemaal, je weet hoeveel Ampère er geleverd kunnen worden. Alleen als je volt ook weet, weet het energieverbruik (Ampère maal volt is vermogen)
ready voor examen 2024
held
Maar weet u hoe je de capaciteit moet berekenen u heeft alleen de tijd berekent?
Ik heb zometeen examens en ik wil dit graag weten
Soms krijg je de capaciteit en de stroomsterkte dan kun je de tijd berekenen. Als je de capaciteit wilt berekenen moet je de tijd en de stroomsterke krijgen en deze maal elkaar doen. Succes! (Of als ik te laat ben, hoop ik dat het goed ging!)
LEGEND ( :
Beste Meneer Wietsma
Ik zou mijn vraag hier aan uw stellen ,maar jammer genoeg gaat het niet ! kan je aub uw email doorhier zitten . Misschien beter als ik een foto via E-mail doorsturen
Alvast besankt !!!
Je kunt een foto via mijn instagram sturen? meneer.wietsma of mailen naar meneerwietsma@gmail.com
ha ha 2:53 dat gefluister
+heyl yaa Inderdaad! Was mijn stem even kwijt.
maakt niet uit ik vind het als nog de beste nask uitleg op heel youtube
goed gedaan!!!!!
Ik snap er nu nogsteeds niks van natuurkunde is echt te moeilijk voor mij en dit is nog de basis 😒
:(
Gecarried
I=P:U door u heb ik mijn hele toets verknald! 😡 ( ik vertrouwde u)😡😡😡😡
Dat is jammer!
Als je vermogen en spanning hebt, is het inderdaad I = P / U
Als je capaciteit en tijd hebt, is het I = C / t
Beide kunnen dus en het zijn de gegevens die beslissen welke je moet gebruiken, niet ik.