Beste Ng biologie, na aanleiding van uw filmpjes over immuniteit ben ik opgaves gaan maken. Nu heb ik een vraagje over deze opgave: De buitenzijde van een retrovirus wordt gevormd door een deel van het celmembraan van de cel waarin hij zich heeft vermeerderd. Retrovirussen parasiteren dikwijls op 1 bepaald type gastheercel. In het celmembraan van een gastheercel zijn de volgende stoffen aanwezig: cholesterol, fosfolipiden, glycolipiden en glycoproteinen. Aan welke van deze stoffen in het celmembraan herkent een retrovirus de gastheercel? Antwoord volgens biologiepagina is cholesterol, maar ik dacht eerder aan glycoproteinen. Kunt u wellicht toelichten waarom het antwoord cholesterol is en of dit wel klopt?
Onderhuids bindweefsel is een fascia. (Fascia Superficialis) zitten overal in ons lichaam, slaan vaak vetten op en scheiden weefsel secties van elkaar af. Helpen met verstevigen en houden gewrichten op hun plek. Ze ''scheiden'' secties van elkaar af maar faciliteren wel dingen zoals bijv. bloedvaten etc.
Beste Ng biologie, na aanleiding van uw filmpjes over immuniteit ben ik opgaves gaan maken. Nu heb ik een vraagje over deze opgave: De buitenzijde van een retrovirus wordt gevormd door een deel van het celmembraan van de cel waarin hij zich heeft vermeerderd. Retrovirussen parasiteren dikwijls op 1 bepaald type gastheercel. In het celmembraan van een gastheercel zijn de volgende stoffen aanwezig: cholesterol, fosfolipiden, glycolipiden en glycoproteinen.
Aan welke van deze stoffen in het celmembraan herkent een retrovirus de gastheercel?
Antwoord volgens biologiepagina is cholesterol, maar ik dacht eerder aan glycoproteinen. Kunt u wellicht toelichten waarom het antwoord cholesterol is en of dit wel klopt?
Cholesterol lijkt me zeer onwaarschijnlijk, dat is niet kenmerkend voor een bepaald type cel. Ik zou ook kiezen voor de glycoproteïne.
Onderhuids bindweefsel is een fascia. (Fascia Superficialis) zitten overal in ons lichaam, slaan vaak vetten op en scheiden weefsel secties van elkaar af. Helpen met verstevigen en houden gewrichten op hun plek.
Ze ''scheiden'' secties van elkaar af maar faciliteren wel dingen zoals bijv. bloedvaten etc.