Begrijp ik het zo goed: -Je heb een comparatief voordeel wanneer 1 iemand het beste is in beide taken en dan moet je dus kijken waar iemand in verhouding het best in is. -Een absoluut voordeel heb je als de één het best is in taak 1 en de ander is het best is in taak 2 Klopt dit??
Esther van de Ruit nee dit klopt niet, het is net andersom. je hebt een absoluut voordeel als je in beide dingen het beste bent, in dit geval folkert want hij is het snelste. het comperatieve voordeel is als je met arbeidsdeling minder uren nodig hebt dan zonder arbeidsdeling.
Inderdaad. Je hebt een comparatief voordeel als je relatief gezien sneller bent in het produceren van dat product (opofferingskosten zijn dus lager voor het maken van dit product dan voor de andere persoon). Bedankt voor je snelle hulp Stijn!
@Dennis Leegsta ik had nog 1 vraag want voor een repetitie moet ik ook weten wat je moet doen als iemand 8 uur ergens mee bezig is maar hij wil maar 6 uur aan die taak besteden hoe moet ik dat dan doen?
Ik begrijp de vraag niet helemaal. Als je 6 uur wilt besteden aan een taak die 8 uur duurt om volledig af te krijgen, dan kun je de taak dus maar voor 6/8 deel afkrijgen. Ik snap alleen niet wat dat met een comparatief voordeel te maken heeft. Misschien kan ik je beter helpen als je een voorbeeld van een volledige vraag geeft.
Dennis Leegstra Jan en Jannie willen de taken in het huis verdelen. Jannie doet 8 uur over schoonmaken en Jan 12 uur. Jannie doet 4 uur over de tuin onderhouden maar Jan doet daar maar 4 uur over. Jannie wil maar 6 uur schoonmaken, omdat ze meer tijd voor zich zelf wil. Wat is de beste taakverdeling. Zo staat het letterlijk in het boek.
Jannie heeft hier een comparatief voordeel in het huishouden doen, dus zou de beste verdeling Jannie zo veel mogelijk huishouden laten doen (ik ga er ook van uit dat Jannie alleen maar huishouden gaat doen en niets aan de tuin omdat ze meer 'tijd voor zichzelf' wil). Als Jannie 6 uur schoonmaakt, heeft ze dus 6/8 (oftewel 3/4) deel van het schoonmaakwerk gedaan. Dat betekent dat Jan nog 1/4 deel van het schoonmaakwerk en het hele tuinonderhoud moet doen. Jan is dan 1/4 x 12 = 3 uur bezig met het huishouden en 4 uur met de tuin. In totaal is Jan dus 7 uur bezig en Jannie 6 uur. Dat is een betere verdeling dan wanneer Jan en Jannie allebei het halve huishouden en de halve tuin doen: dan zou Jan namelijk 1/2 x 12 + 1/2 x 4 = 8 uur bezig zijn en Jannie 1/2 x 8 + 1/2 x 4 = 6 uur bezig zijn. Bovendien is voldaan aan de voorwaarde dat Jannie niet meer dan 6 uur bezig is. Daarmee heeft Jannie niet meer tijd voor zichzelf, maar het voldoet wel aan wat er gevraagd wordt. Als je ook nog zou willen dat Jannie meer tijd voor zichzelf heeft en Jan ook niet langer bezig is dan wanneer de taken 50/50 verdeeld zouden zijn, dan zou je bijvoorbeeld kunnen kiezen om Jannie 5,5 uur huishouden te laten doen en niets aan de tuin. Dan blijft er voor Jan nog (1 - 5,5/8) x 12 = 3,75 uur aan huishouden en 4 uur tuinwerk over. Jan is dan in totaal 7,75 uur bezig. Op die manier zijn Jan en Jannie allebei korter bezig dan wanneer ze beide klussen precies voor de helft doen en heeft Jannie dus meer tijd voor zichzelf.
@Fabian Andringa Leuke vraag. Dat kan alleen als Jannie de eis laat vallen dat ze niet meer dan 6 uur wil schoonmaken. Om zo efficiënt mogelijk te werken, zal Jan al het tuinwerk doen en dus 4 uur bezig. Maar als Jannie al het schoonmaakwerk doet, zou ze langer bezig zijn dan Jan (8 uur) en dat wil je dus niet. Beide moeten ze dus een deel schoonmaakwerk doen - laten we het deel dat Jan doet 1/x deel noemen, zodat Jannie nog 1 - 1/x deel moet doen. Jan werkt deed al het tuinwerk, dus werkt nu in totaal 4 + 1/x * 12 uren, terwijl Jannie (1 - 1/x)*8 uren werkt. Herleiden geeft voor Jan 4 + 12/x uren en voor Jannie 8 - 8/x uren. Nu moeten we dus de vergelijking 4 + 12/x = 8 - 8/x oplossen en vinden we x = 5. Jan moet dus 1/5 deel van het schoonmaakwerk doen en Jannie 4/5 deel om even lang bezig te zijn. Hoe lang zijn ze dan bezig? Jan is 4 + 12/5 = 6 2/5 uur, oftewel 6 uur en 24 minuten bezig en Jannie natuurlijk ook (check: 4/5 * 8 = 6 2/5 uur = 6 uur en 24 minuten).
Ligt het aan mij of klopt dit voorbeeld niet? Wanneer Folkert 1 radiator monteert, offert hij 4 CV's op. Wanneer Robbert 1 radiator monteert, offert hij 5 CV's op. Dus dan is Folkert toch alweer de efficiëntste?
Andersom: als Folkert 1 radiator monteert, offert hij 1/4 cv op (0.5/2), of anders: hij zou op een kwart van het installeren van die cv kunnen zijn. Voor Robbert is dat 1/5, dus voor Robbert zijn de opofferingskosten van het monteren van een radiator lager.
ok, allemaal goed en wel maar kan Folkert dan niet simpelweg de 10CV's en 10 radiatoren voor zijn rekening nemen, en Robbert moet sluiten door de te onnodige kosten- en tijdverlies, als folkert dit doet is het welgeteld maar 25uur dat er nodig is in plaats van 30 uur voor de beide
Zie ook een eerdere reactie waarin deze vraag gesteld werd: "Zo lijkt het wel. Maar bedenk dat dit een versimpeld voorbeeld is: stel je voor dat de cv's en radiatoren alle producten zijn die een land nodig heeft en Folkert en Robbert zijn alle arbeidskrachten die je in kunt zetten. Folkert produceert dan wel efficiënter, maar als hij alles zou maken, dan zou Robbert dus niets doen. Folkert zou dan inderdaad na 25 uur klaar zijn, maar als Folkert en Robbert allebei produceren, zijn ze al na 20 uur klaar. En dat is dus effectiever dan Robbert niets laten doen."
k begreep eerst geen kut van comperatief voordeel, dankzij dit filmpje wel. Tnks
Dit heeft mij heel erg geholpen, bedankt
Weer een fijne video, ik wil meer
held
dankje!!!
Begrijp ik het zo goed:
-Je heb een comparatief voordeel wanneer 1 iemand het beste is in beide taken en dan moet je dus kijken waar iemand in verhouding het best in is.
-Een absoluut voordeel heb je als de één het best is in taak 1 en de ander is het best is in taak 2
Klopt dit??
Esther van de Ruit nee dit klopt niet, het is net andersom. je hebt een absoluut voordeel als je in beide dingen het beste bent, in dit geval folkert want hij is het snelste. het comperatieve voordeel is als je met arbeidsdeling minder uren nodig hebt dan zonder arbeidsdeling.
Inderdaad. Je hebt een comparatief voordeel als je relatief gezien sneller bent in het produceren van dat product (opofferingskosten zijn dus lager voor het maken van dit product dan voor de andere persoon). Bedankt voor je snelle hulp Stijn!
Bedankt
@Dennis Leegsta ik had nog 1 vraag want voor een repetitie moet ik ook weten wat je moet doen als iemand 8 uur ergens mee bezig is maar hij wil maar 6 uur aan die taak besteden hoe moet ik dat dan doen?
Ik begrijp de vraag niet helemaal. Als je 6 uur wilt besteden aan een taak die 8 uur duurt om volledig af te krijgen, dan kun je de taak dus maar voor 6/8 deel afkrijgen. Ik snap alleen niet wat dat met een comparatief voordeel te maken heeft. Misschien kan ik je beter helpen als je een voorbeeld van een volledige vraag geeft.
Dennis Leegstra Jan en Jannie willen de taken in het huis verdelen. Jannie doet 8 uur over schoonmaken en Jan 12 uur. Jannie doet 4 uur over de tuin onderhouden maar Jan doet daar maar 4 uur over. Jannie wil maar 6 uur schoonmaken, omdat ze meer tijd voor zich zelf wil. Wat is de beste taakverdeling. Zo staat het letterlijk in het boek.
Jannie heeft hier een comparatief voordeel in het huishouden doen, dus zou de beste verdeling Jannie zo veel mogelijk huishouden laten doen (ik ga er ook van uit dat Jannie alleen maar huishouden gaat doen en niets aan de tuin omdat ze meer 'tijd voor zichzelf' wil). Als Jannie 6 uur schoonmaakt, heeft ze dus 6/8 (oftewel 3/4) deel van het schoonmaakwerk gedaan. Dat betekent dat Jan nog 1/4 deel van het schoonmaakwerk en het hele tuinonderhoud moet doen. Jan is dan 1/4 x 12 = 3 uur bezig met het huishouden en 4 uur met de tuin. In totaal is Jan dus 7 uur bezig en Jannie 6 uur.
Dat is een betere verdeling dan wanneer Jan en Jannie allebei het halve huishouden en de halve tuin doen: dan zou Jan namelijk 1/2 x 12 + 1/2 x 4 = 8 uur bezig zijn en Jannie 1/2 x 8 + 1/2 x 4 = 6 uur bezig zijn. Bovendien is voldaan aan de voorwaarde dat Jannie niet meer dan 6 uur bezig is.
Daarmee heeft Jannie niet meer tijd voor zichzelf, maar het voldoet wel aan wat er gevraagd wordt. Als je ook nog zou willen dat Jannie meer tijd voor zichzelf heeft en Jan ook niet langer bezig is dan wanneer de taken 50/50 verdeeld zouden zijn, dan zou je bijvoorbeeld kunnen kiezen om Jannie 5,5 uur huishouden te laten doen en niets aan de tuin. Dan blijft er voor Jan nog (1 - 5,5/8) x 12 = 3,75 uur aan huishouden en 4 uur tuinwerk over. Jan is dan in totaal 7,75 uur bezig. Op die manier zijn Jan en Jannie allebei korter bezig dan wanneer ze beide klussen precies voor de helft doen en heeft Jannie dus meer tijd voor zichzelf.
Dennis Leegstra echt super bedankt
@Fabian Andringa Leuke vraag. Dat kan alleen als Jannie de eis laat vallen dat ze niet meer dan 6 uur wil schoonmaken. Om zo efficiënt mogelijk te werken, zal Jan al het tuinwerk doen en dus 4 uur bezig. Maar als Jannie al het schoonmaakwerk doet, zou ze langer bezig zijn dan Jan (8 uur) en dat wil je dus niet. Beide moeten ze dus een deel schoonmaakwerk doen - laten we het deel dat Jan doet 1/x deel noemen, zodat Jannie nog 1 - 1/x deel moet doen. Jan werkt deed al het tuinwerk, dus werkt nu in totaal 4 + 1/x * 12 uren, terwijl Jannie (1 - 1/x)*8 uren werkt. Herleiden geeft voor Jan 4 + 12/x uren en voor Jannie 8 - 8/x uren. Nu moeten we dus de vergelijking 4 + 12/x = 8 - 8/x oplossen en vinden we x = 5. Jan moet dus 1/5 deel van het schoonmaakwerk doen en Jannie 4/5 deel om even lang bezig te zijn. Hoe lang zijn ze dan bezig? Jan is 4 + 12/5 = 6 2/5 uur, oftewel 6 uur en 24 minuten bezig en Jannie natuurlijk ook (check: 4/5 * 8 = 6 2/5 uur = 6 uur en 24 minuten).
goeie video!
Ligt het aan mij of klopt dit voorbeeld niet? Wanneer Folkert 1 radiator monteert, offert hij 4 CV's op. Wanneer Robbert 1 radiator monteert, offert hij 5 CV's op. Dus dan is Folkert toch alweer de efficiëntste?
Andersom: als Folkert 1 radiator monteert, offert hij 1/4 cv op (0.5/2), of anders: hij zou op een kwart van het installeren van die cv kunnen zijn. Voor Robbert is dat 1/5, dus voor Robbert zijn de opofferingskosten van het monteren van een radiator lager.
ok, allemaal goed en wel maar kan Folkert dan niet simpelweg de 10CV's en 10 radiatoren voor zijn rekening nemen, en Robbert moet sluiten door de te onnodige kosten- en tijdverlies, als folkert dit doet is het welgeteld maar 25uur dat er nodig is in plaats van 30 uur voor de beide
Zie ook een eerdere reactie waarin deze vraag gesteld werd: "Zo lijkt het wel. Maar bedenk dat dit een versimpeld voorbeeld is: stel je voor dat de cv's en radiatoren alle producten zijn die een land nodig heeft en Folkert en Robbert zijn alle arbeidskrachten die je in kunt zetten. Folkert produceert dan wel efficiënter, maar als hij alles zou maken, dan zou Robbert dus niets doen. Folkert zou dan inderdaad na 25 uur klaar zijn, maar als Folkert en Robbert allebei produceren, zijn ze al na 20 uur klaar. En dat is dus effectiever dan Robbert niets laten doen."
Maar hoezo heeft Robbert dan een comparatief voordeel? Hij maakt maar 1/5 van een radiator terwijl Folkert 1/4 maakt
hij heeft een voordeel want hij offert minder op dan Folkert moet opofferen