Trolleybussen in Arnhem en Trams in het Nederlands Openluchtmuseum Arnhem 4-5-2024

Поделиться
HTML-код
  • Опубликовано: 5 май 2024
  • Het Openluchtmuseum Arnhem :
    ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
    Tijdens een bezoek aan het Openluchtmuseum móet je eigenlijk even een ritje met een historische tram maken. Tussen 1995 en 1996 werd door het hele museum een spoor voor de tram aangelegd.
    Langs de rails vind je 6 haltes: Entree, Landgoed, Lint-Tuinen, Platteland, Dorp en Erven. Het trammaterieel in het museum is onder meer afkomstig van de Rotterdamse Elektrische Tram (RET).
    De tramritten worden verzorgd door zo’n 100 vrijwilligers die je met veel plezier meer details rondom de trams kunnen geven.
    In 1996 werd ook de Arnhemse tramremise (deels) in het Openluchtmuseum gereconstrueerd. Compleet met de architectonische voorgevel en gietijzeren ramen. De reconstructie gebeurde aan de hand van oude foto’s en de herinneringen van oud-werknemers, want de originele bouwtekeningen ontbraken. De gereconstrueerde remise meet ongeveer een zesde van het oorspronkelijke gebouw. Het is de thuishaven van de trams die nu door het museum rijden.
    De trams rijden in ons museum op normaalspoor, de meest voorkomende spoorwijdte in de meeste Europese landen.
    Het tracé in het museumpark is ruim 1,7 kilometer lang. Op het remiseterrein vind je 6 wissels. De keerdriehoek naast Stoomzuivelfabriek Freia heeft er 3 en het inhaalspoor bij onze halte Entree heeft 2 elektrisch bediende wissels. Op de bovenleiding staat 600 volt gelijkspanning.
    Onder ‘bijzonder materieel’ valt onder andere de Amsterdamse railreiniger Rr3. In 1988 werd hij buiten dienst gesteld, het reinigen van tramrails in Amsterdam werd voortaan gedaan met speciale railreinigauto’s. In ons museum wordt de railreiniger volop gebruikt voor onderhoud aan de rails en wissels.
    Rolstoelgebruikers kunnen ook gebruik maken van de historische trams. De Rotterdamse bijwagen 1050 is zeer geschikt voor rolstoelvervoer.
    Meer informatie,openingstijden,tarieven van het Nederlands Openluchtmuseum vind je op de website : www.openluchtmuseum.nl
    Trolleybussen in Arnhem :
    ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
    De Arnhemse trolleybus is het enige nog bestaande trolleybusnetwerk in de Benelux en een van de grootste in West-Europa.
    Vanaf 1949 was GVA de vervoerder, deze is in 1993 opgegaan in GVM, daarna vanaf 1996 Oostnet en sinds 1999 was Connexxion verantwoordelijk voor de exploitatie. Na openbare aanbesteding door de provincie Gelderland kwam de concessie voor het busvervoer in de gehele Stadsregio Arnhem Nijmegen en daarmee ook de trolley per 13 december 2009 in handen van Novio, een dochteronderneming van Connexxion. Sindsdien wordt het busvervoer in de gehele stadsregio uitgevoerd onder de naam Breng. Per 9 december 2012 heeft Hermes het busvervoer overgenomen.
    Geschiedenis van de Trolleybus in Arnhem
    Eerste decennia
    Al in de jaren dertig van de twintigste eeuw waren er plannen om tramlijnen van de in 1911 opgerichte Gemeente Electrische Tram Arnhem (GETA) om te zetten in trolleybuslijnen. De vernieling van de remise van de Arnhemse tram - en daarmee ook het grootste deel van het materieel - tijdens de Slag om Arnhem in september 1944 maakte een eind aan de tramexploitatie. Daardoor kwamen plannen voor een trolleybusnet in een stroomversnelling. De GETA ging verder onder de naam Gemeente Vervoerbedrijf Arnhem (GVA) en op 5 september 1949 werd door burgemeester Matser van Arnhem de eerste trolleybuslijn, lijn 1 tussen Arnhem en Velp, geopend. In de jaren daarna werd het net snel uitgebouwd met takken naar Oosterbeek (lijn 1), Geitenkamp (lijn 2), Hoogkamp (lijn 2), Alteveer (lijn 3), Malburgen via de Rijnbrug (sinds 1978 John Frostbrug; lijn 5, later lijn 3) en 't Broek (lijn 3, later lijn 5). Op het centrale gedeelte van lijn 1 reed een versterkingslijn (lijn 7).
    De trolleys reden aanvankelijk zonder kentekens en waren geen motorrijtuigenbelasting verschuldigd, waardoor de gemeente op jaarbasis ƒ 2.980 per trolley bespaarde, omdat ze niet door een mechanische kracht op of aan het voertuig werden voortbewogen en dus niet als motorrijtuig werden beschouwd. Pas in 1952 kwam er een wetswijziging en werden ook trolleys als motorvoertuig beschouwd, maar motorrijtuigenbelasting bleef niet verschuldigd. Een andere bijzonderheid was een aparte rookafdeling achter in de bus met langsbanken en asbakjes afgescheiden met een glazen schot van de afdeling niet-roken voor in de bus. De rookafdeling hield stand tot het voorjaar van 1973, toen er ook in de trolleys een rookverbod van kracht werd.
  • Авто/МотоАвто/Мото

Комментарии •