Is het niet het Secundaire Oocyt dat zich blokkeert in de metafase 2? En dat het pas wanneer de zaadcel de eicel binnendringt de meiose afmaakt tot vorming van een ootide (eicel) met daarbij het afstoten van het tweede poollichaampje?
Een vraag: in de binas (tabel 86B) staat dat de primaire follikel een primaire oocyt bevat die zich in profase I bevindt. In het filmpje geeft u aan dat de eicel voor de bevruchting zich in metafase 2 bevindt en dat net na de bevruchting de meiose 2 wordt afgerond. Waar en waar ontwikkelt de primaire oocyt zich tot de eicel, die zich tot de metafase 2 heeft ontwikkeld? Is dit in de Graafse follikel, net voor de ovulatie of in de eileiders?
Super goede uitleg! Bedankt, staat volgens mij alleen een klein foutje in. De secundaire oocyt moet (2n) zijn anders kan het nooit een een haploide eicel vormen.
n betekent dat een cel van elk homologe chromosomenpaar nog maar één chromosoom heeft. Dit is in de secundaire oocyt al het geval. Tijdens meiose 2 splitst dit chromosoom zich in twee chromatiden. De twee resulterende cellen zijn ook beide n.
Is het niet het Secundaire Oocyt dat zich blokkeert in de metafase 2? En dat het pas wanneer de zaadcel de eicel binnendringt de meiose afmaakt tot vorming van een ootide (eicel) met daarbij het afstoten van het tweede poollichaampje?
Marina Bokuchava Zo staat het in ieder geval in mijn boeken. Je uitleg lijkt me te kloppen.
Een vraag: in de binas (tabel 86B) staat dat de primaire follikel een primaire oocyt bevat die zich in profase I bevindt. In het filmpje geeft u aan dat de eicel voor de bevruchting zich in metafase 2 bevindt en dat net na de bevruchting de meiose 2 wordt afgerond.
Waar en waar ontwikkelt de primaire oocyt zich tot de eicel, die zich tot de metafase 2 heeft ontwikkeld? Is dit in de Graafse follikel, net voor de ovulatie of in de eileiders?
Hidde Dijkstra dit vindt plaats tijdens de eirijping in het ovarium.
Super goede uitleg! Bedankt, staat volgens mij alleen een klein foutje in. De secundaire oocyt moet (2n) zijn anders kan het nooit een een haploide eicel vormen.
n betekent dat een cel van elk homologe chromosomenpaar nog maar één chromosoom heeft. Dit is in de secundaire oocyt al het geval. Tijdens meiose 2 splitst dit chromosoom zich in twee chromatiden. De twee resulterende cellen zijn ook beide n.
Super!
mag wel wat duidelijker articuleren aub