Verkeersvergelijking van Fisher - (economie uitleg)
HTML-код
- Опубликовано: 3 май 2014
- www.osacademie.nl - economie uitleg
Inflatie; een veel genoemd economisch begrip. Maar hoe werkt dat nu eigenlijk? Wanneer stijgen prijzen en wanneer niet? In deze lesvideo krijg je uitleg over de verkeersvergelijking van Fisher en over wat je er precies mee kan. Je krijgt onder andere antwoord op de volgende vragen:
- Wat is de verkeersvergelijking van Fisher?
- Hoe verklaar je dat er bestedingsinflatie ontstaat met de verkeersvergelijking van Fisher?
- Wat is het effect van een verandering van de maatschappelijke geldhoeveelheid op de productie en het prijsniveau in een land?
- Wat is het effect van onderbesteding en overbesteding in een land en hoe laat je dit effect zien met de verkeersvergelijking?
--
Klik hier om te abonneren! ruclips.net/user/osacademie?sub...
Volg ons op instagram! / osacademie
Like ons op Facebook! / osacademie
-
Afspeellijsten met economie uitleg:
Concept Goede tijden, slechte tijden (examen domein I)
• Conjunctuurgolf introd...
Concept welvaart & groei (examen domein H)
• Bruto binnenlands prod...
Concept risico & informatie (examen domein G)
• Video
Concept samenwerken & onderhandelen (examen domein F)
• Speltheorie introducti...
Concept ruilen over de tijd (examen domein E)
• Pensioen: kapitaaldekk...
Concept markten (examen domein D)
• De wet van de vraag - ...
Concept schaarste & ruil (examen domein B + C)
• De basis van Economie ...
-
De OsAcademie geeft economie en bedrijfseconomie uitleg in korte filmpjes van maximaal 15 minuten. Deze bedrijfseconomie lessen zijn een uitstekende manier om je voor te bereiden op proefwerken en je eindexamen. Denk er wel aan om de theorie ook toe te passen met behulp van verwerkingsopgaven!
De filmpjes zijn gericht op het examenprogramma van HAVO en VWO en worden gemaakt door Christiaan van Os, docent economie en bedrijfseconomie.
Op onze website vind je alle filmpjes in duidelijke volgorde terug en gerangschikt per onderwerp. Dit geeft jou meer overzicht. De ideale manier om wat extra bijles te krijgen. Zie www.osacademie.nl
Ik ga doen wat al m’n examengenoten ook zullen doen, nog last-minute wat filmpjes doornemen.
Dank!
jooo mede strijders die nog even lekker vroeg uit bed gaan om ff filmpjes te koekeloeren van deze legend
Ernstig dat dit beter uitgelegd wordt dan mijn lerares dat doet. Super!
Kwaliteit onderwijs, helemaal gratis. Dat noem ik een held!
Thanks! 🖖
Het is niet normaal hoe erg jij mijn examen hebt gered heb het hele jaar voor alle examens alleen maar jouw filmpjes gekeken en elke keer een 7 gehaald
heeeel erg bedankt! ik snapte er echt niks van, maar nu is het helemaal duidelijk! top!
Mooi zo! Alsjeblieft :-)
Doordat ik ziek ben geweest heb ik de uitleg over de verkeersvergelijking van Fisher gemist, op deze manier heb ik alsnog een top uitleg gekregen. Thanks!
Graag gedaan!
Absolute held. Lekker een paar uur voor de toets dit kijken; goeie stem en sublieme uitleg!
Dank!
Thanks! En graag gedaan. Hopelijk ging je toets goed 😁
Ik wil je erg bedanken voor de duidelijke video's over economie. Ik heb er al heel wat doorgenomen,. De onderwerpen die je bespreekt linken ook goed met het boek, maar daar wordt alles erg onduidelijk uitgelegd.
Dat is fijn om te horen Lucas! Thanks voor je comment.
Super uitleg!
Top uitleg, na 2 jaar begin het eindelijk te begrijpen!
Beter laat dan nooit :)
Top! Nu snap ik de formule, kan ik een mooi puntje halen voor mijn examen. Dank!
You're welcome. Succes zo!
Succes morgen
duidelijke uitleg!
Hoi, erg bedankt voor je uitleg.
Ik had een vraagje, dubbeltellingen in transacties behoren niet tot T in de vergelijking. Maar wel tot Yr in de vergelijking. wat is het verschil tussen Yr en T, en waarom behoren dubbeltellingen niet tot T?
alvast bedankt!
@moos rijnja als (P x T) 600 is, dan moet (M x V) net zo groot zijn. Dus niet alleen de geldhoeveelheid, maar de geldhoeveelheid vermenigvuldigt met de omloopsnelheid van het geld.
Welke methode gebruik je op school? Ik zou vooral in een opdrachtenboek nog wat oefeningen doornemen. Als ik je een proefwerk of SE zou geven, dan zou ik Fisher gaan combineren met bestedingsinflatie, zoals ik in deze video ook doe.
Hi,
ik had een vraagje. ik zit in een proefwerkweek en heb nogbest moeite met de verkeersvergelijking. Hebben jullie misschien een oefen opgave? ik zit in 4havo!
alvast dankj ;)
Jezus man wat is dit heerlijk duidelijk zeg. Dankje pik!
Aantal views zegt genoeg, zinnig filmpje. Ik denk dat er wel twee dingen zijn om op te letten:
*waarom zou M groeien bij een hoger bbp?
*ik de bovenste grafiek kan zowel onderbesteding als overbesteding zijn, afhankelijk van de prid. Cap.
mijn dank is groot
🙏
Deze opgave bijvoorbeeld : stel het nominaal nationaal product (PxT) is in een land 600€ per jaar. Moet de geldhoeveelheid dan even groot zijn?
Jouw videos zijn zo geweldig niet normaal
Thanks 😀
Echt bedankt, ik begreep er eerst er niks van nu wel!
Fijn om te horen! Graag gedaan 😀🤗
Legend
🙏
Hoi! In mijn economieboek staat dat Keynes zegt dat de omloopsnelheid op korte termijn kan variëren. Wat gebeurd er dan met de verkeersvergelijking? En hoe weet je of je de theorie van Keynes of de Klassieken moet gebruiken?
+Eva Lieve Loonen in het huidige examenprogramma havo/vwo gaan we er vanuit (ook om het relatief simpel te houden) dat de omloopsnelheid min of meer constant is en daarbij wordt dus uitgegaan van de visie van de klassieken (op je examen zou ik daar dus ook vanuit gaan). In principe klopt het in de praktijk ook vaak wel dat de gemiddelde snelheid waarop mensen geld uitgeven (hun bestedingspatronen) op korte termijn niet echt veranderen. Zo geef ik persoonlijk al jarenlang op dezelfde manier en dezelfde maandelijkse snelheid mijn geld uit.
Toch heeft Keynes wel een punt dat hij het hier niet mee eens was. Keynes hield namelijk rekening met het 'voorzorgs-' en 'speculatiemotief'. In het kort houdt dit in dat (grote) beleggers met veel geld in hun kasvoorraden hun geld soms even parkeerden en niet gebruikten voor financiële transacties (waardoor de omloopsnelheid 0 werd). Als de rente daalde en bestaande obligaties daardoor een hogere koers kregen, wachtte men met beleggen in nieuwe obligaties, en geld wat dus eerst wél in omloop was, werd inactief kasgeld. Dit inactieve kasgeld heeft een omloopsnelheid van 0 en dat heeft dus invloed op V.
Kun je dit volgen?
+OsAcademie Ja heel erg bedankt!
Hallo,
1 vraag waar ik in mijn studie op vast loop is de volgende: Wat heeft volgens de formule MV = PT een overschot op de betalingsbalans tot gevolg? Klopt het als ik zeg dat: Een toename van M zou betekenen dat er een overschot op de betalingsbalans ontstaat. Er wordt dus meer geëxporteerd dan geïmporteerd. Dit zou betekenen volgens de formule MV = PT dat P, de productie is gestegen met een stijging van M tot gevolg.
Alvast bedankt!
Een overschot op de betalingsbalans betekent dat je inkomsten uit export, groter zijn dan je uitgaven voor import. Het gevolg hiervan kan zijn M (maatschappelijke geldhoeveelheid) toeneemt. Als M toeneemt bij een relatief gelijkblijvende V, dan zal of P of Y moeten stijgen. In perioden van laagconjunctuur (of in ieder geval als de natuurlijke productieomvang nog niet bereikt is), zal dat leiden tot een stijging van T. In tijden van hoogconjunctuur (natuurlijke productieomvang is wel bereikt) zal P omhoog gaan.
Kun je hier iets mee?
Haai, ik heb een vraagje :) Is de maatschappelijke geldhoeveelheid dan hetzelfde als het BBP?
kaysee kandra klopt, is het zelfde
Ik had nog een vraag, wat gebeurt er met de omloopsnelheid van het geld op langer termijn?
Die kan veranderen afhankelijk van de conjuncturele situatie. Als het economisch goed gaat geven mensen vaak sneller hun geld uit.
De vraag is al gesteld zie ik, maar 't is me nog niet helemaal duidelijk. Op korte termijn kan er toch gewoon een overbesteding plaats vinden? Het lijkt mij dat 'korte termijn' meer gaat over de situatie van waaruit wij de economie bekijken. En dat onder- of overbesteding iets is dat letterlijk een rol speelt in de economie.
+Ole - klopt. Ook op korte termijn kan er sprake zijn van overbesteding. In dit model worden eigenlijk meerdere dingen bij elkaar weergegeven die niet allemaal iets met elkaar te maken hebben.Als we spreken van 'korte termijn', dan is dat vooral in relatie tot prijsrigiditeit (prijzen kunnen op korte termijn niet veranderen vanwege reclamefolders, contracten die nog lopen etc.). En op de lange termijn zijn prijzen (en lonen) wel aan te passen. Wanneer overbesteding gecombineerd wordt met een situatie waarin de natuurlijke productieomvang is bereikt, zal na verloop van tijd (op de lange termijn dus), de prijs stijgen. De productie kan immers niet nog verder stijgen, dus alleen P kan dan nog omhoog gaan. Op de korte termijn kan er ook overbesteding zijn, alleen dan duurt het even voordat de prijzen hier ook op gaan reageren.Kun je hier iets mee?
Wat als de maatschappelijke geldhoeveelheid daalt in een situatie met onderbesteding? Daalt dan de prijs of het bbp? Want het zou dan allebei kunnen
Dan zal in ieder geval de productie / BBP verder dalen, ervan uitgaande dat een kleinere maatschappelijke geldhoeveelheid leidt tot minder consumptie. De prijs daalt niet (verder) bij een dalende M in een laagconjunctuur / situatie van onderbesteding. P verandert (volgens de theorie) alleen in een situatie waarin de natuurlijke productieomvang (grotendeels) is bereikt.
Hallo,
Bedankt voor de uitleg. Zou u mij misschien kunnen uitleggen hoe ik de volgende vraag het best kan formuleren?
Sinds de jaren negentig kende Japan een periode van zichzelf
versterkende deflatie. Als oorzaken van deflatie valt te denken aan:
technologische ontwikkelingen
Door procesinnovatie is het aanbod van bijvoorbeeld mobieltjes enorm
gegroeid.
kredietschaarste
Begin jaren negentig verhoogde de Japanse centrale bank de rente.
Hierdoor daalde de omvang van de geldhoeveelheid.
Leg met behulp van de verkeersvergelijking van Fisher uit onder welke
twee voorwaarden een daling van de geldhoeveelheid leidt tot deflatie.
+Jurrit van Roosmalen dit is een examenvraag van het havo economie examen van 2015 :-). De 'twee voorwaarden' waar ze om vragen, zijn twee onderdelen van de verkeersvergelijking van Fisher. Een daling van M zal ALLEEN leiden tot een daling van P (deflatie) als 1) de omloopsnelheid van het geld constant is en 2) de productie / het aantal transacties (Y of T) ook constant zijn en dus niet veranderen.
Kun je dit volgen of heb je meer verduidelijking nodig?
+OsAcademie Bedankt voor uw uitleg, voor mij is het nu duidelijk.
Mooi zo! Graag gedaan.
@Netflix 1912 het moet aan beide kanten gelijk zijn dus daling m en p moeten v en y gelijk blijven
Maandag allemaal boot mensen
Ik begrijp niet zo goed waarom er bij overbesteding (Machines van bedrijven draaien op volle toeren) de Y 5 is en lager is dan bij onderbesteding waar Y 6 was.
Scherp gezien. Het zijn twee verschillende voorbeelden, waarbij dus bij de onderstaande Y = 5 de maximum productie (natuurlijke productieomvang) is, terwijl het maximum op de regel erboven Y = 6 is.Snap je wat ik bedoel?
Ja bedankt, helemaal duidelijk :) !
Dus transacties en productieomvang zijn ceteris paribus? Vergeef de eventueel foute vervoeging in Latijn :)
David Gloudemans dat is de aanname inderdaad. In werkelijkheid is het aantal transacties natuurlijk niet exact gelijk aan de productieomvang (je verkoopt niet altijd alles wat je produceert); in dit model maken we de aanname dat dit wel zo is, om het werkbaar te maken.
het effect van hyperinflatie is een wereldoorlog bedoel je
Hoi,
Ik heb een vraagje, hoe zit het dan met de bestedingsevenwicht? Hoe zal dan de geldschepping of geldvernietiging zijn?
Alvast bedankt!!
+Marjo Allagul bij bestedingsevenwicht (een situatie waarin de effectieve vraag gelijk is aan de productiecapaciteit) wordt, net als bij overbesteding, de volledige natuurlijke productieomvang benut. Mocht er dan geldschepping plaatsvinden (vergroting van M), dan kan alleen de prijs nog maar stijgen en dat betekent inflatie.
yes yes very nice men))
Waarom stijgt de rente door inflatie? (heeft hier eigenlijk niks mee temaken)
+xLittlegirlxx het kan zijn dat er (vaak in een hoogconjunctuur) sprake is van bestedingsinflatie, veroorzaakt doordat de bestedingen hoger zijn dan dat de productie aankan (er wordt dus te snel teveel gekocht in een land). Een verhoging van de rente kan er (in theorie) voor zorgen dat bedrijven en particulieren minder geld gaan lenen en dus minder geld uitgeven, waardoor de bestedingen worden afgeremd en dus bestedingsinflatie wordt ingeperkt.
Fkng strijder
T = Y
Precies
Gaat niemand het hebben over dat deze held in paint zit te schrijven met zn muis?
Is dit een compliment? 😂 Overigens gebruik ik een tekentablet... gaat iets beter dan een muis
je hebt lage sensetivity zie ik :p
Azir ja zeg morgen hoe t examen ging
goed heb nagekeken en had wel een paar foutjes maar ik heb een goeie voldoende :)
Azir omfg ik had een 8 verwacht maar dit examen was fuckin moeilijk veel moeilijker dan de afgelopen jaren. Meer dan een 7 heb ik sws niet smh
komt goed! iedereen vond het heel moeilijk ja ik ook maar was een uur van te voren klaar dus kon rustig alles nog doorkijken endaarom heb ik veel verbeterd . was echt moeilijk ja. als ik de toets van vorig jaar had had ik sws een 9 smh :/
Azir ik ook ik had de toets van 2017 vorige week gemaakt en had een 8,9. Maar ik heb nu nagekeken en ik heb minstens een 7,9. Ging iets beter dan ik dacht maar K ben alsnog teleurgesteld
Sorry, maar ik snap er nog steeds geen fuck van.
Mn laatste poging om er iets van te snappen